Rampen & Conflicten: Eritrea. Onafhankelijkheidsstrijd en onderdrukking, 1962 – heden
Het is een van de meest onderdrukkende regimes en gesloten landen in de wereld. Kritiek op de regering is verboden.
Rampen & Conflicten: Eritrea. Onafhankelijkheidsstrijd en onderdrukking, 1962 – heden
Land: Eritrea
Periode: 1962 – heden
Type conflict: (on-)afhankelijkheidsstrijd en onderdrukking
Conflict: Ethiopië annexeert Eritrea als provincie waarna een jarenlange strijd uitbreekt die leidt tot de onafhankelijkheid van Eritrea
Betrokken partijen: Eritrea, Ethiopie, Verenigde Naties, Eritrean People’s Liberation Front (EPLF)
Geschatte aantal slachtoffers: honderdduizenden vluchtelingen en tientallen duizenden doden
Na jaren van kolonisatie door Italië wordt Eritrea in 1941 een Brits protectoraat. Vanaf 1950 vormt Eritrea samen met Ethiopië een federatie, totdat Ethiopië Eritrea in 1962 annexeert als provincie. Hierna breekt een jarenlange strijd uit, die in 1993 Leidt tot de onafhankelijkheid van Eritrea. Dit betekent echter niet dat er een einde komt aan het geweld: in 1998 breekt er opnieuw oorlog uit met Ethiopië. Deze eindigt met een vredesakkoord in 2000. Sindsdien is het in Eritrea relatief rustig, al zijn er nog steeds spanningen met buurlanden Djibouti en Ethiopië. Sinds de onafhankelijkheid in 1993 zijn er geen nationale verkiezingen meer gehouden. Het is een van de meest onderdrukkende regimes en gesloten landen in de wereld. Kritiek op de regering is verboden. Oppositiepartijen, onafhankelijke media en maatschappelijke organisaties hebben geen bestaansrecht in het land. Oppositieleden van de regering lopen groot risico om te worden opgepakt en slachtoffer te worden van marteling en mishandeling. De Eritrese regering maakt in 2015 beloftes over het invoeren van hervormingen, maar deze zijn tot op heden nog niet nagekomen.
In 1999 wordt een nieuwe regel ingevoerd: de dienstplicht kan worden uitgebreid ten tijde van een ‘nationale crisis’. Iedereen onder de leeftijd van 50 jaar wordt voor onbepaalde periode verplicht tot dienstplicht in het leger, totdat ze ‘vrijgelaten’ worden. Deze dienstplicht is een van de redenen waarom veel mensen het land ontvluchten. De dienstplicht van normaal gesproken 18 maanden wordt in de praktijk vaak verlengd tot wel twintig jaar. Dienstplichtigen krijgen een zeer laag salaris, niet genoeg voor hun families om van rond te komen. Dienstplichtigen worden ook vaak gebruikt om te werken voor de overheid, bijvoorbeeld op het land, in de bouw of als docent. Ook blijven Eritreërs tot hun 50ste als reservist dienstplichtig, tot die tijd is het in principe niet mogelijk om een visum te krijgen om het land te kunnen verlaten. Deserteurs en dienstweigeraars worden wreed bestraft en ook familieleden van dienstplichtonderduikers lopen het risico te worden opgepakt. Er zijn geen officiële cijfers van het aantal personen die actief zijn in het leger.